Als ik in de Northbound Conceptstore ben om Mila te interviewen, staat het er binnen no-time helemaal vol. Vol enthousiasme vertelt Mila aan alle klanten over de door haarzelf samengestelde collectie design-items. Tussendoor heeft ze gelukkig nog wel even tijd om me alles te vertellen over haar bijzondere winkel en waarom ze zo blij is dat ze naar het Museumkwartier is verhuisd.

Tot voor een half jaartje geleden zat de Northbound Conceptstore namelijk in het Babylon winkelcentrum, bij het Centraal Station. Dat was wel even anders. Nu is Mila vooral heel blij dat ze deze locatie heeft gevonden aan de Vos in Tuinstraat. “Ik heb bewust voor deze plek in de stad gekozen. Het pand past ook echt bij het concept van de winkel. De warme en klassieke uitstraling gaat goed samen met het soft minimalism van de collectie.” Mila vindt het nog wel spannend in deze nieuwe omgeving: “Het is hier gewoon hard werken om je winkel aantrekkelijk te houden, en dat vind ik leuk.”

Vakmanschap, en een goed verhaal
In haar winkel verkoopt Mila Nordic Design: “Ik noem het expres Nordic, want we gaan veel verder dan alleen de Scandinavische merken. We hebben ook items uit de Baltische staten, die zijn heel up-and-coming. Daar hebben ze nog echt ambacht.”

In de Noordelijke regio’s weten mensen nog echt hoe ze zelf dingen kunnen maken, met het grootste vakmanschap. “In Scandinavië kijken ze ook heel anders naar ambacht en het prijskaartje dat eraan hangt. Zoals bij het merk Korbo, dat handgeweven stalen vissersmanden maakt met een oude handvlechttechniek. Nederlanders kijken daar soms wel anders tegenaan. Dan is het heel belangrijk dat je het verhaal kunt vertellen, dat bij een product hoort”, legt Mila uit.

Mila bezoekt het liefst al haar merken een keer zelf. Dan gaat ze op onderzoek uit: ze zoekt nieuwe designers via andere merken die ze al kent, of speurt online. Dan plant ze een tripje om de ontwerpers te bezoeken. “Op mijn laatste trip was ik naar Riga, daar kan ik dan zo naar het atelier meelopen waar de broeken die ik wil inkopen, worden gemaakt.” Die liefde voor design zie je terug in de winkel. Alle onderdelen uit de collectie passen bij elkaar, van de Deense sieraden tot de hand-gegoten geurkaarsen uit Letland.

In de mix
Zo middenin het Museumkwartier, net aan het begin van de Denneweg, ziet Mila een heel divers publiek langskomen: van het Haagse publiek tot dagjesmensen, toeristen, expats en mensen die in de pauze even snel langswippen. “Bij Babylon waren het eigenlijk alleen mensen die van en naar het werk gingen. Hier is dat heel anders. Mensen komen veel meer samen en nemen echt de tijd om te winkelen. Ze weten ook wel dat aan de Denneweg allemaal hele specifieke boetiekjes zijn.”

De grootste uitdaging voor haar stukje stad vindt Mila toch wel een stukje verjonging in het aanbod. “Verandering is gewoon lastig soms. Maar je ziet dat mensen er wel behoefte aan hebben.” Meer combinaties met ‘nieuwe horeca’ mist ze nog wel een beetje in de buurt: “Zoals Coffeestar in de Museumshop, dat zou ik leuk vinden.“

De leukste buren van Den Haag
Als ik Mila vraag naar wat ze het leukst vindt in het Museumkwartier, zie ik een grote glimlach verschijnen. “Ik ben wel echt heel blij met mijn buren van Gastronomia Lusso. Ze hebben niet alleen echt de allerlekkerste broodjes, ze brengen ook een hoop gezelligheid in de straat. Met mensen die van heinde en ver in de rij staan om hun lunch te halen. Ook het Escher Museum vind ik heel tof. Dat staat echt ‘on the map’ bij toeristen. En het EmbassyFestival, ken je dat? Dat is echt mijn favoriete festival.”

Hier spreekt een gelukkig mens.